zaterdag 21 december 2019


Een eerste
Rimpel in het witte laken
Bewijst dat je wakker bent

Onder het versturen
Van de kristallen vlammen
Zaait straal na straat
 Een vroege zon
Op het rode terras

Is wakker worden
Dan zo hard?
Je laat alles achter
Dromen en hoofdkussen

En stap uit bed
Bewijst dat de dag begonnen is
En jij ?

Jij bent te laat


Geraard van Heusden


De zon is gedraaid
Ik zie de gouden sluiers
Vroeg over de groen einder

Hier sta ik en wacht
Wacht op de nacht

De zon tekent de bomen
De heuvels en het water
Alles staat in brand

Een kind waggelt
Tussen de bloemen
En ziet de zon niet
Maar lacht naar de warmte


Geraad van Heusden


Rechts voor bij de Korenmarkt
Stap ik op de nieuwe tram
Huizen en brasseries
Vliegen voorbij
En ik ga nergens naar toe

Voorbij de heuvelpoort
Boven het water
Stap ik op een onbekende bus
Ik weet niet tijdig
Af te stappen
En slenter terug
(dankzij de raad van de apothekeres)

Deuren met vlekken
Schone ingetogen vlekken
Lachende vragen
En spijtige problemen

Ik ben thuis

Geraard vanHeusden


De wereld is gestopt
Op 31 december 1989

Dan zijn wat
Na stuipen gekomen
En niets meer

Geen goede taal
Of schilderij
Geen enkel verhaal
Dat zichzelf niet
Verhaalde of inhaalde

Enkel vertrok
Op 1 januari
De eerst Burka
En hij
Trilde na

Geraard van Heusden


De chaos
Begint bij het station

Bus 14
Via Bus 12

Tram 1 op lijn 2
Tram 2 op lijn 1

Wie weet nog
Waarheen we moeten?

Wie weet nog
Waar we vertrokken ?

Ik weet alleen
Dat ik weg moet


Geraard van Heusden


Links vooraan een dappere Toreador
Rechtsachter een Thaise Danseres
Een vooraan een Zeeuws melkmeisje

Ik wandel van staren tot staren
Wetende
Dat het onbeleefd is

Ik staarde ook naar haar
En ze wandelde weg
Dus staat ik naar de poppen

Maar vandaag zijn de poppen weg
En ze is nog niet teruggekomen


Geraard van Heusden


Gisteren sprak mijn broer
Over eergisteren

Maar ik zal dat verdichten
In 2 dagen pijn

Niemand mag te dicht komen
Bij mijn verleden
Of ze verzakken tussen
Lege plekken

Iedereen sterft eens
Maar ik heb me begraven
Toen ik Ninove verliet

Nergens staan nog poppen

Geraard van Heusden


Reeds twee dagen lang
Zweef ik
Van Duivelsteen
Tot St Jacobs

En nergens vind ik
Olifanten
Geperst papier
Gepast voor inkt
Met het nodige parfum

Gesteeg en langzaam
Niet ingeven in wettige voorrang
Maar ook dat is weinig

Afsluiten bij het begin
Meet een koffie
Bij de Turk

Geraard van Heusden


Een vrouw in
Een appelsien-jurk
Is rustig voorbij gezweven
Zij is kalm en conservatief
In een eeuwig
Missionaris-standje

Een weduwe in
Een citroen-gele jurk
Is kwaad voorbij gestamd
Zij is erg akkelig
Maar misschien
Wat meer geprikkeld

Spijtig voor beide
Dat ze dromerig
Zullen uitgeperst worden

Geraad van Heusden

dinsdag 17 december 2019

wit


WIT

De wind speelt in het baldakijn
de dodendans is voorbij
kleur treedt uit het masker

een veer schokt in de wind
her en der gedreven
dampen ontsnappen

Ik volg

engelenvleugels zijn verdwenen
Ik vlieg niet meer

Geraard van Heusden


het meisje
dat bij mij is
                  is schoon

ze is er
ze is er niet
ze is er niet meer

ze was schoon
ze zal altijd schoon zijn

ze is er weer
ze is weer schoon


Geraard van Heusden


Ze zeggen dat
het nooit zal gebeuren
en toch denk ik
dat het ooit zal zijn
en zelfs zeggen ze
dat het er nooit komt
weet ik
dat het er ooit zal zijn
misschien niet nu
maar waarschijnlijk later
als ik dood ben

Geraard van Heusden




Mij kussen zomaar
Voorzichtig naderen en de lippen zoeken
Lippelend aarzelen met je tong
En dan toch even binnen dringen

En ik moet antwoorden
Even krachtig en dadig als altijd
Je lippen zoeken en  dan naderen
Lispellen op je tong
En dan binnen dringen en versmelten
Tot één mond


Geraard van Heusden


Ze herinnerde mij
aan Juliette Binoche
de vaaglicht muffe geur
van het zaaltje
boven in de Skoop

Ze had gitzwart haar
als de klein pop
die moeder spaarde
achter in de kast
die nooit bestofte

maar nu
is moeder weg
en de pop verloren

ze had ogen
als azuur safier
in de middellandse zee
voor ik kon zwemmen

ze had woorden
die fluisterden
als een zachte lente-wind
die ruisend
me streelde

maar vandaag
zwijgen alle stemmen
en de stilte
is ijskil


Geraard van Heusden

dood van moeder


Ik zie de zon ondergaan

in haar ogen

de nacht nestelt zich
in de vaalheid van haar wangen
en de klamme kalmte
verweeft zich tussen
haar magere vingers

de nacht zit stil
onder de linkse treurwilg
aan haar graf

de dag is heengegaan
en de duisternis
heeft zich
als heer en meester
uitgevloeid
tot in de kleinste hoeken


Geraard van Heusden 2/3/2000


een nieuw gedicht
een paar woorden op het blad
geschreven met schrik en aandrang

vlekken en letters
die samen op stap gaan tussen de bladzijden
maar tijdig stoppen
aan de rand van de pragraaf

in het nadorstige papier
verzinken ze tot hun enkels

elke papierslag
verplettert velen in verveling

Geraard van Heusden