Wit heren schuifelen
Hier voorbij
Ze dragen kaarsen
Ze zingen
In dode talen
Onder hun pij
Oude lichamen
Hun taal
Was liefde
Nu is hun taal
Dood
Geraard van Heusden
Ze mist het station
Paniek in haar ogen
De trein zal niet stoppen
Tenzij te vroeg
Voorbij mij struikelt ze
Maar ik
Ik ben gewapend
Wat doe je op de trein
Je weet niet waarheen hij rijdt
De tunnel eindigt
In de mist
Iedereen stapt af
Op het einde van de straat
Stopt de wereld
Als een verlamd meisje
Die me nooit
Haar naam gaf
Hier
Ligt diepe mist
Die ik niet zie
Waarschijnlijk ligt haar lijk hier