De bergflank licht glooiend neer
het pad volgt de vormen
naar het bos
ik volg het pad
ik streel de heup
de wind hijgt
tussen de vormen
ik ga naar het bos
en leg me in het mos
waar de bron ontspringt
ik duik in de rivier
Geraard van Heusden
donderdag 25 december 2008
zaterdag 13 september 2008
Ik herinner je lange zwarte haar
dansend op de trappen van de Blandijn
met je ingebonden laarsjes
je speelse blik op mijn sofa
voor we naar de kermis gingen
en je goesting naar smoutebollen
Het is een zevenjarige droom
een zevenjarige roman
Ik herinner je tranen in Antwerpen
en mijn koorts in Brussel
toen ik jou en jij mij achterliet
je grote natte ogen
brandden met je eerlijke blik
En vandaag zeggen ze
“ze is lelijk geworden”
Geraard van Heusden
dansend op de trappen van de Blandijn
met je ingebonden laarsjes
je speelse blik op mijn sofa
voor we naar de kermis gingen
en je goesting naar smoutebollen
Het is een zevenjarige droom
een zevenjarige roman
Ik herinner je tranen in Antwerpen
en mijn koorts in Brussel
toen ik jou en jij mij achterliet
je grote natte ogen
brandden met je eerlijke blik
En vandaag zeggen ze
“ze is lelijk geworden”
Geraard van Heusden
dinsdag 19 augustus 2008
zondag 27 juli 2008
dinsdag 15 juli 2008
Het is juli en de lijken komen uit de kasten. Ze zweven rottend door de gangen van het werk en treiteren door hun bestaan alleen de leidinggevenden.
Het gebeurt niet regelmatig maar soms valt uit de kast van de boekhouder, rechts achter de tweede deur, een half-opgepeuzeld maar niet opgelost kadaver. Het staart de vinder aan met lege, ingevallen ogen en open mond. Die lijkt te zeggen “Dat komt er nu van, mij vergeten, verleden jaar”.
Ergste is dat je het corpus delicti naar de baas moet brengen. Het wankelt naast je met zijn uiteengevallen voeten. Af en toe struikelt het over zijn eigen teenkootjes. In het slechtste geval valt het en moet je een brokje kaaksbeen of ellepijp gaan zoeken onder de kast of in het openstaande bezemhok.
Ze slalommen tussen de bureaus en voor j het weet hebben ze een paar kozijns gevonden. En dan marcheer je met een leger lijken naar de budgettaire baas in de hoop dat hij ze kan oplossen. In één of ander bijtend zuur en zonder veel sporen achter te laten.
Het gebeurt niet regelmatig maar soms valt uit de kast van de boekhouder, rechts achter de tweede deur, een half-opgepeuzeld maar niet opgelost kadaver. Het staart de vinder aan met lege, ingevallen ogen en open mond. Die lijkt te zeggen “Dat komt er nu van, mij vergeten, verleden jaar”.
Ergste is dat je het corpus delicti naar de baas moet brengen. Het wankelt naast je met zijn uiteengevallen voeten. Af en toe struikelt het over zijn eigen teenkootjes. In het slechtste geval valt het en moet je een brokje kaaksbeen of ellepijp gaan zoeken onder de kast of in het openstaande bezemhok.
Ze slalommen tussen de bureaus en voor j het weet hebben ze een paar kozijns gevonden. En dan marcheer je met een leger lijken naar de budgettaire baas in de hoop dat hij ze kan oplossen. In één of ander bijtend zuur en zonder veel sporen achter te laten.
donderdag 26 juni 2008
voor Hugo Claus
de Schrijver legt zijn pen neer
Meneer noem ik hem
hoofdletter M zoals er weinig zijn
en vandaag nog minder
de wereld weegt wat lichter
hoe spijtig
Geraard van Heusden
Meneer noem ik hem
hoofdletter M zoals er weinig zijn
en vandaag nog minder
de wereld weegt wat lichter
hoe spijtig
Geraard van Heusden
Er was schoon en warm weer voorspeld. Dus vertrok ik zonder vest deze ochtend. Het is lang geleden dat ik nog zo koud geleden heb. Maar ik ben erdoor geraakt met volle moed. Ik moest trouwens niet dadelijk naar kantoor. Eerst was er medische controle. Een halfuur wachten om in een potje te mogen plassen. Het potje moest via een keukenluikje aan de verpleegster gegeven worden. Het leek even op een onfris restaurant.
De dokter die me kwam halen was een stevige vijftiger. Grijs uitgegroeid door heen de jaren. Officieel tweetalig verraadde zijn accent een echte Brusselaar. Tot ik zijn naam zag: Rastapopoulos of iets dergelijks. Echt Belgisch?
De dokter die me kwam halen was een stevige vijftiger. Grijs uitgegroeid door heen de jaren. Officieel tweetalig verraadde zijn accent een echte Brusselaar. Tot ik zijn naam zag: Rastapopoulos of iets dergelijks. Echt Belgisch?
Abonneren op:
Posts (Atom)