donderdag 10 augustus 2017


Het begon allemaal toen ik 10/11 jaar oud was. Mijn schoolmeester zei “je hebt een afschuwelijk geschrift”. Dus kreeg ik zo’n typisch schriftje met twee schrijflijnen mee naar huis. “Wat alfabet of een versje, zo kan je trainen”. Mijn moeder zag dit echt niet zitten. Ze haalde een boek boven : “schrijf dit maar over” Frankenstein. De eerste pagina’s van het boek copieerde ik braaf. Maar snel las ik meer dan ik kon schrijven en dus eindigde ik mijn schrijven met een immense sympathie voor het monster.

Doch mijn geschrift verbeterde niet. En dra werd ik huiswaarts gestuurd met een nieuw schriftje. Dus haaalde mijn moeder een neiuw boek : Dracula. En opnieuw werd ik schrijvend en lezend opgenomen in de sfeer van warme horror. En dat is gebleven.

Doorheen mijn jeugd rakkelde ik allerlei schrijvers bijeen: Terlouw, T.Dragt, Beeckman, …Doch mijn lust bleef bij Poisson du Terrail, Stoker, Stevenson, … Een innige ontdekking was Poe.

Wanneer ik dan als student Poe en zijn Annabelle zag in een kleine doodskist, was het hek van de Dam. Ik ontdekt Living Dead Dolls. Vandaag nog staat het koppel Poe en Annabelle op een ereplaats. Maar de colledtie van deze kindelijke doden is uitgebreid. “The creature of the Black Lagoo” en “de onwillige donor” sieren mijn badkamer. De figuren uit “House of a thousand corpses” zijn mijn Lares. Boze heksen, spoken, Gravin Bathory en vele anderen wonen samen met mij.

Ere wie ere toekomt: Dracula is steeds aanwezig op mijn bureau. The creature en zijn Bruid waken over mijn bed en Pinhead bewaakt mijn living.

Plots vraag iemand : “Wat verzamel je ?” Graag horen ze het verhaal achter de poppetjes

Geen opmerkingen: